Een reünie organiseren is ook veel foto’s, van vroeger en nu, bekijken. Speuren op het internet, zoeken op Facebook, iemand denken te herkennen, om vervolgens de verkeerde Jan van Puffelen uit te nodigen als vriend. Je verbazen over hoe erg de kinderen van veel van je oud klasgenoten lijken op hun ouders toen ze deze leeftijd hadden. In een paar gevallen valt juist de sprekende gelijkenis met de plaatselijke melkboer op. Sommige mensen zijn heel goed opgedroogd, bij andere denk je dat ze al een paar jaar met pensioen zouden moeten zijn. De nodige look-a-likes zijn ook al voorbij gekomen. Al met al vind ik het een vermakelijke bezigheid met leedvermaak maar ook met de nodige zelfspot.
Foto’s van mezelf uit onze mavotijd zijn helaas spaarzaam. Met behulp van andere mensen duiken er toch wat kiekjes en bijbehorende herinneringen op. Ik kom ook foto’s tegen die ik vroeger, uit schaamte, liever had willen weggooien. Achteraf ben ik blij dat ik ze toch bewaard heb of dat mijn moeder ze uit de prullenbak gehaald heeft toen ik even niet keek.
De kapsels uit de jaren 80 zijn sowieso leuk om te zien. Als je geluk had mocht je naar een professionele kapper voor een Roberto Jacketti & the Scooters-look of kreeg je een skôn permanentje. Mijn zus speelde echter in die jaren graag kappertje en ik was het slachtoffer van haar snoeikunsten. Zelfs voor het pispottenexamen is ze helaas nooit geslaagd. Zo werd ik ook één dag voordat de schoolfotograaf kwam als oefenhoofd gebruikt. Ik hoor het haar nog zeggen: “Met wat gel zie je niet dat het scheef is en valt die hap helemaal niet op”. Niets was een dag later minder waar. De fotograaf stuurde me nog net niet naar een echte kapper, maar ik denk niet dat hij zijn lach heeft kunnen onderdrukken bij het maken van mijn foto’s.
Er zullen tijdens onze reünie wel veel foto’s gemaakt worden. Jammer dat een aantal mensen niet wil of kan komen, thuisblijvers hebben immers meestal geen gelijk. Maar ook voor hen geldt: gelukkig hebben we de foto’s nog…